Witvis

Witvissen

Witvissen behoren tot de meest voorkomende vissoorten in Nederland en vormen een belangrijk onderdeel van het ecosysteem van onze wateren. Voor sportvissers zijn ze een populaire doelsoort vanwege hun toegankelijkheid en het plezier dat ze bieden tijdens het vissen. In dit artikel bespreken we de biologie van vijf veelvoorkomende witvissen; voorn, brasem, zeelt, kolblei en rietvoorn. En geven we praktische tips om ze te vangen.

Voorn (Rutilus rutilus): De Klassieke Witvis

Biologie van de Voorn

De voorn, ook wel blankvoorn genoemd, is een van de meest voorkomende witvissen in Nederland. Met zijn zilverkleurige lichaam en rode vinnen is hij gemakkelijk te herkennen.

Grootte: Voorns worden meestal 15 tot 25 cm lang, maar grotere exemplaren kunnen tot 40 cm groeien.
Leefomgeving: Voorns komen voor in vrijwel alle zoetwateren, zoals meren, sloten, kanalen en rivieren. Ze geven de voorkeur aan stilstaand of langzaam stromend water met veel waterplanten.
Voeding: Voorns zijn alleseters en eten insectenlarven, kleine waterdiertjes, algen en plantenresten.

Hoe Vang Je Een Voorn?

Techniek: Gebruik de vaste stok of een lichte feederhengel.
Aas: Maden, casters, brood, maïs en kleine pellets zijn ideaal.
Locatie: Zoek naar plekken met overhangende takken, waterplanten of bruggen. Voorns houden van beschutte plekken.
Seizoen: Voorns zijn het hele jaar te vangen, maar de lente en zomer zijn het meest actief.

Pro Tip: Gebruik een dobber met een fijne punt voor een subtiele presentatie. Voorns kunnen voorzichtig bijten, dus een gevoelige dobber helpt je om de beet beter te detecteren.

Brasem (Abramis brama): De Grote Alleseter

Biologie van de Brasem

De brasem is een grote, platte vis met een bronskleurige gloed. Hij staat bekend om zijn slome, maar krachtige bewegingen.

Grootte: Gemiddeld worden brasems 30 tot 50 cm lang, maar ze kunnen groeien tot wel 80 cm en meer dan 5 kg wegen.
Leefomgeving: Brasems geven de voorkeur aan diepere wateren met een zachte, modderige bodem, zoals meren, kanalen en rivieren.
Voeding: Brasems zijn bodemvoeders en eten insectenlarven, wormen, algen en organisch afval.

Hoe Vang Je Een Brasem?

Techniek: Gebruik een feederhengel of een matchhengel met een wagglerdobber.
Aas: Wormen, maden, maïs, pellets en zoete boilies werken uitstekend.
Voer: Gebruik een voerkorf gevuld met een zoet geurend grondvoer om brasems aan te trekken. Voeg maden of casters toe voor extra aantrekkingskracht.
Locatie: Zoek diepe plekken met een zachte bodem, vooral in de buurt van obstakels zoals bruggen of dammen.
Seizoen: Brasems zijn het hele jaar door te vangen, maar de zomer is de beste periode.

Pro Tip: Voeg een zoete geurstof toe aan je grondvoer, zoals vanille of karamel. Brasems zijn dol op zoete geuren.

Zeelt (Tinca tinca): De Schuwe Slijmlaagkoning

Biologie van de Zeelt

De zeelt is een prachtige vis met een olijfgroen lichaam en kleine, ronde schubben. Hij staat bekend om zijn dikke slijmlaag, die hem beschermt tegen infecties.

Grootte: Zeelten worden meestal 30 tot 50 cm lang, maar grotere exemplaren kunnen tot 70 cm groeien en meer dan 4 kg wegen.
Leefomgeving: Zeelten houden van stilstaand water met een modderige bodem en veel waterplanten. Ze zijn vaak te vinden in kleinere vijvers en afgesloten meren.
Voeding: Zeelten zijn bodemvoeders en eten wormen, slakken, insectenlarven en plantenresten.

Hoe Vang Je Een Zeelt?

Techniek: Gebruik een matchhengel of feederhengel met een gevoelige top.
Aas: Wormen, maïs, zachte pellets en tijgernoten zijn effectief.
Voer: Gebruik een zwaar grondvoer dat op de bodem blijft liggen. Voeg kleine stukjes aas toe, zoals maïs of gehakte wormen.
Locatie: Zoek naar plekken met veel waterplanten en een zachte bodem. Zeelten houden van beschutte, rustige plekken.
Seizoen: De lente en zomer zijn de beste seizoenen om op zeelt te vissen.

Pro Tip: Zeelten zijn schuwe vissen. Zorg ervoor dat je stil bent en je aas subtiel presenteert.

Kolblei (Blicca bjoerkna): De Kleine Brasem

Biologie van de Kolblei

De kolblei lijkt sterk op de brasem, maar is kleiner en heeft een zilverkleurig lichaam. Hij wordt vaak verward met jonge brasems.

Grootte: Kolbleien worden meestal 15 tot 30 cm lang.
Leefomgeving: Ze leven in dezelfde wateren als brasems, zoals meren, kanalen en rivieren, maar geven de voorkeur aan ondiepere delen.
Voeding: Kolbleien eten insectenlarven, kleine kreeftachtigen, algen en plantenresten.

Hoe Vang Je Een Kolblei?

Techniek: Gebruik een lichte feederhengel of vaste stok.
Aas: Maden, casters, brood en maïs werken goed.
Voer: Gebruik een fijn grondvoer met een neutrale geur. Voeg kleine aasdeeltjes toe om de kolbleien te lokken.
Locatie: Zoek naar ondiepe plekken met een zachte bodem.
Seizoen: Kolbleien zijn het hele jaar door te vangen, maar de lente is vaak het meest succesvol.

Pro Tip: Gebruik een kleinere haakmaat (maat 16-20) om kolbleien te vangen, omdat ze vaak voorzichtig bijten.

Rietvoorn (Scardinius erythrophthalmus): De Goudkleurige Schoonheid

Biologie van de Rietvoorn

De rietvoorn is een opvallende vis met een goudkleurig lichaam en felrode vinnen. Hij wordt vaak verward met de blankvoorn, maar heeft een meer opwaarts gerichte bek.

Grootte: Rietvoorns worden meestal 20 tot 30 cm lang, maar kunnen tot 45 cm groeien.
Leefomgeving: Rietvoorns houden van helder, stilstaand water met veel waterplanten, zoals vijvers en meren.
Voeding: Ze eten insecten, kleine kreeftachtigen, algen en planten.

Hoe Vang Je Een Rietvoorn?

Techniek: Gebruik een vaste stok of matchhengel met een kleine dobber.
Aas: Maden, brood, maïs en kleine stukjes worm zijn effectief.
Locatie: Zoek naar plekken met veel waterplanten, vooral in ondiepe delen van het water.
Seizoen: Rietvoorns zijn het meest actief in de lente en zomer.

Pro Tip: Gebruik drijvend aas zoals broodkorsten om rietvoorns aan de oppervlakte te vangen.

Algemene Uitrusting voor Witvissen

Naast specifieke technieken en aas is het belangrijk om de juiste uitrusting te hebben:

Hengel: Een lichte feederhengel, matchhengel of vaste stok is ideaal.
Molen: Een kleine molen (maat 1000-2500) met een soepele slip.
Lijn: Gebruik een nylon lijn van 0,14-0,18 mm voor subtiele presentaties.
Schepnet: Een fijnmazig schepnet om de vis veilig te landen.
Onthaakmat: Een onthaakmat is essentieel om de vis te beschermen tijdens het onthaken.
Voeremmer: Een voeremmer voor het mengen van grondvoer en aas.

Op de bodem vissen met de vaste stok? Hiervoor gebruik je een pijllood, lees hier hoe je dat doet!